Aangepast toetsen en begeleiden voor EED in juni 2021 en daarna

Laatst bijgewerkt op
  • Actueel
  • Juni 2021

Dit bericht is ook te downloaden:

Introductie

Nu de scholen weer open zijn en er een aantal maanden ‘normaal’ onderwijs op school gegeven is, willen we namens alle partners in Dyslexie Centraal weer een actueel bericht geven met informatie en adviezen over de planning en inrichting van toetsing en begeleiding in het onderwijs van leerlingen met lees- en spellingproblemen en vermoeden van ernstige enkelvoudige dyslexie (EED) en de mogelijke doorverwijzing naar de vergoede zorg. Dit bericht is bedoeld voor onderwijsprofessionals, poortwachters, zorgprofessionals en in het verlengde hiervan ook gericht op ouders als educatieve partners. De informatie en adviezen bieden steun bij het maken van passende keuzes voor het onderwijs in deze periode, en helpen bij het verstandig omgaan met de mogelijke  gevolgen van weken van scholensluiting, onderwijs op afstand en half-open scholen.

Diverse mogelijke scenario's voor toetsmomenten en begeleiding

We schetsen hierbij de mogelijkheden voor het (aangepast) plannen en invullen van toets-afnamemomenten en de tijdige en adequate inzet van ondersteuning bij vermoeden van dyslexie. Dit doen we aan de hand van een schema met verschillende scenario’s dat is aangevuld voor de periode vanaf juni 2021 tot en met volgend schooljaar (2021-2022).

Over de reguliere procedure bij toetsen en begeleiden van leerlingen met leesproblemen en (een vermoeden van) dyslexie is op Dyslexie Centraal veel informatie te vinden bij Doen | Samenwerken bij EED.  Zie hierbij ook de infographic voor de inrichting van de Ondersteuningsniveaus 1 tot en met 4 en de Handreiking voor invulling van Ondersteuningsniveau 2 en 3 bij een vermoeden van EED. Kijk voor meer informatie en  toelichting hierop in Corona-tijden op de Corona-pagina’s van Dyslexie Centraal.

Planning toetsen leerlingvolgsysteem voor alle leerlingen in het voorjaar 2021 en schooljaar 2021-2022

In januari / februari en juni staan doorgaans voor alle leerlingen de halfjaarlijkse toetsmomenten voor het leerlingvolgsysteem (LVS) gepland. Deze halfjaarlijkse toetsmomenten worden ook gebruikt voor de verplichte meetmomenten in het kader van het traject van onderwijs naar zorg bij vermoeden van EED. Voor het meten van woordlezen in het kader van EED zijn in ieder geval scores van de DMT nodig, die onderdeel vormt van de Cito-toetsbatterij. Daarom verwijzen we hier naar informatie over flexibel toetsen van Cito. Bij gebruik van toetsen van andere toetsaanbieders: raadpleeg de informatie op de website van de toetsaanbieder voor flexibel toetsen en eventueel aangepaste interpretatie van de scores.

Voor de afname bij alle leerlingen van de LVS toetsen in het voorjaar van 2021 geldt het volgende:

  • Toetsmoment januari / februari 2021: dit is een uitgesteld toetsmoment geworden, flexibel ingepland, in maart, nadat de scholen weer geopend zijn; zie ook de informatie op Dyslexie Centraal over flexibel toetsen en bijbehorende normen. 
  • Toetsmoment juni 2021: dit toetsmoment kan als gebruikelijk ingevuld worden.
  • Interpretatie: Houd bij de interpretatie van de toetsgegevens rekening met het daadwerkelijke onderwijsaanbod (fysiek en/of op afstand), de kwaliteit van de geboden ondersteuning op ON2 en ON3 en het aantal weken tussen toetsmomenten.
  • Actie na toetsen: bij lage scores voor lezen / spellen kan eventueel een (gesubsidieerd) traject voor intensivering van het leesonderwijs opgestart worden (zie Tips).

Toetsen van leerlingen met vermoeden van dyslexie / EED in het voorjaar 2021 en schooljaar 2021-2022

Voor leerlingen met lees- en spellingproblemen en vermoeden van dyslexie kan het zijn dat zij in de periode januari - februari 2021 hun 2e of 3e meetmoment zouden moeten hebben. In het geval van het 2e meetmoment volgt daarna de intensieve periode op ON3, in het geval van het 3e meetmoment volgt daarna een eventuele doorverwijzing naar de zorg. Voor beide gevallen geldt: dit kan alleen indien er in de periode voor het meetmoment ondersteuning van voldoende mate en kwaliteit is geboden. 

Bij voldoende mate en kwaliteit van de begeleiding van deze leerlingen in de voorafgaande periode van onderwijs op afstand was het mogelijk om de leerling zo snel mogelijk na de opening van de scholen te toetsen- dus nog voor het gezamenlijke, uitgestelde toetsmoment in maart - en daarna de planning voor ON3 of voor doorverwijzing zo snel mogelijk verder in te vullen. Bij tijdige toetsing, een strakke planning en goede kwaliteit van de invulling van ON3 is het mogelijk om (eind) juni of begin juli - na minstens 20 weken -  het 3e hoofdmeetmoment af te nemen. Zie hiervoor ook leerling D1 in het schema.

Er kan ook gekozen zijn voor  toetsen tijdens het gezamenlijke, uitgestelde LVS toetsmoment in maart. Als dit het 2e hoofdmeetmoment was, dan is daarna - in de loop van maart - de intensieve periode op ON3 gestart. Vanwege het verplichte aantal van tenminste 20 weken in totaal zal deze intensieve periode nog niet volledig doorlopen zijn ten tijde van het volgende meetmoment in juni, en die daarom dus nog doorgezet moet worden in het nieuwe schooljaar. Gebruik het meetmoment in juni als tussentijdse meting om te zien of de interventie goed op koers zit en of er bijstellingen nodig zijn voor het tweede deel van de intensieve periode. Zie verder ook leerling D2 in het schema.

Is bij de uitgestelde LVS meting in maart 2021 voor het eerst gebleken dat de leerling grote uitval vertoont op specifiek lezen en spellen? Dan is daarna ondersteuning op ON2 nodig, en geldt de LVS meting in maart als hoofdmeting 1. Het LVS meetmoment in juni kan gelden als hoofdmeting 2. Bij blijvend lage scores voor lezen en spellen kan daarna de intensieve periode op ON3 gestart worden. Wees wel voorzichtig en precies met de interpretatie van de toetsscores in maart en juni 2021, en probeer te achterhalen of de lage toetsscores ook het gevolg kunnen zijn van minder onderwijs tijdens de scholensluiting (de maart-meting) en vervolgens van een wat kleiner aantal weken onderwijs tot aan de volgende meting (in juni). Vraag zonodig advies aan onderwijsondersteuners, poortwachters of zorgaanbieders bij de interpretatie van de toetsresultaten. Bij twijfel wordt geadviseerd de periode met ON2 te verlengen, de meting in juni als tussenevaluatie voor ON2 te gebruiken en op een later moment hoofdmeting 2 af te nemen, bijvoorbeeld in november 2021

Als er geen twijfel is over de scores van de meting in juni, dan kan de eventueel hierop volgende intensieve periode op ON3 gestart worden. Deze valt in het nieuwe schooljaar, in de periode van begin september 2021 tot begin februari 2022. Bij een strakke planning kunnen er minstens 14 weken voor de kerstvakantie vallen met daarna nog 6 weken tot aan de februari-meting zodat er tenminste 20 weken ondersteuning is gerealiseerd. Het LVS meetmoment in februari 2022 kan dan gelden als hoofdmeting 3. Kunnen er toch niet minstens 20 weken ON3 gepland worden voor het LVS toetsmoment in februari 2022, zet dan ook na het LVS meetmoment de ondersteuning op ON3 nog verder voort voor het benodigde aantal weken en toets voor hoofdmeting 3 op een later moment, bijvoorbeeld in april 2022. Zie leerling E in het schema.

Wat als door schuivende planning een hoofdmeting niet samenvalt met een gepland LVS meetmoment voor alle leerlingen?

Gewoonlijk valt een hoofdmeting in het kader van doorverwijzing naar EED samen met een LVS meetmoment voor alle  leerlingen (januari of juni) Als door opschuiven of inhalen van ondersteuningsweken een hoofdmeting niet (meer)  samenvalt met een LVS meetmoment, dan is het mogelijk om bij de ‘verplaatste’ hoofdmeting de betreffende leerlingen alleen te toetsen op woordlezen (DMT), tekstlezen (AVI of alternatief) en spellen (bijvoorbeeld PI dictee). Voor zicht op de scores voor andere domeinen kan dan wel verwezen worden naar de scores op het daaraan voorafgegane LVS meetmoment.

Wat te doen als tijdige toetsing of adequate ondersteuning niet goed is gelukt?

We begrijpen dat aangepaste en tijdige toetsing en begeleiding niet altijd makkelijk te realiseren is in de huidige omstandigheden. Het blijft belangrijk om hierbij verstandige keuzes te maken en in ieder geval de begeleiding in het onderwijs niet helemaal stil te leggen. Daarom gelden de volgende adviezen:

  • Pak toetsing, onderwijs en ondersteuning na opening van de scholen weer zo goed mogelijk op
  • Evalueer wat wel en niet gelukt is, en maak een realistisch plan voor het vervolg
  • Maak bij onderwijs op afstand of hybride onderwijs gebruik van de praktische tips en aanbevelingen hiervoor (zie Tips)
  • Gebruik het uitgestelde / verplaatste LVS toetsmoment  als 2e of 3e hoofdmeting en bekijk daarna wat er mogelijk is voor het vervolg
  • Houd bij de interpretatie van de toetsgegevens rekening met het daadwerkelijke aangeboden onderwijs (fysiek en/of op afstand) en de kwaliteit van de geboden ondersteuning op ON2 en ON3 (zie Tips)
  • Maak gebruik van het overzicht waarin aangepaste planning van een aantal mogelijke scenario’s voor het vervolg zijn weergegeven (zie bijlage).

Maak bij knelpunten hierin ook gebruik van de in uw regio aanwezige expertise (zie hieronder bij de sectie over samenwerking onderwijs en zorg) om samen tot een passend plan van aanpak te komen. Stem daarbij nauwkeurig af met de ouders.

Algemene richtlijnen voor toetsing en begeleiding

In het algemeen blijft voor toetsen en begeleiden gelden dat dit ook nu ingevuld moet worden volgens de kwaliteitscriteria en richtlijnen die hiervoor zijn afgesproken. Over de reguliere procedure bij toetsen en begeleiden van leerlingen met leesproblemen en (een vermoeden van) dyslexie is op Dyslexie Centraal veel informatie te vinden bij Doen | Samenwerken bij EED.  Zie hierbij ook  de  infographic voor de inrichting van de Ondersteuningsniveaus 1 tot en met 4 en de Handreiking voor invulling van Ondersteuningsniveau 2 en 3 bij een vermoeden van EED.

Dat betekent in de praktijk: op de juiste momenten en wijze toetsen afnemen voor de hoofdmeetmomenten, en voldoende en adequate invulling verzorgen van ON2 en ON3 bij lees- en spellingproblemen. Alleen op deze manier wordt het mogelijk om achterstand en hardnekkigheid van de problemen aan te tonen en hiermee een vermoeden van dyslexie te onderbouwen. Op basis van dit vermoeden kan de leerling vervolgens doorverwezen worden naar vergoede zorg voor EED.

Voor de inrichting van de ‘intensieve’ periode tussen meetmoment 2 en 3 blijft gelden dat dit voor minimaal 2 x 10-12 weken moet gebeuren, dat wil dus zeggen dat er voor een periode van tenminste 20 weken tussen deze twee meetmomenten intensieve begeleiding door school geboden moet zijn. Daarbij geldt ook dat de ondersteuning van voldoende mate en kwaliteit moet zijn geweest.  

Het vergt goede planning en organisatie om dit zo voor elkaar te krijgen, vooral nu in het afgelopen voorjaar de toetsen voor LVS en hoofdmeetmomenten vanwege de scholensluiting pas op een later moment afgenomen konden worden. Door de periode van scholensluiting gevolgd door een periode van soms half-open scholen met een combinatie van onderwijs op school en onderwijs op afstand, kan er ook minder goed zicht zijn geweest op de kwaliteit en intensiteit van de geboden ondersteuning in die periode. Dit kan tot gevolg hebben dat meetmomenten ‘verschoven’ moeten worden en periodes van intensieve ondersteuning eventueel ingehaald moeten worden of pas later gestart zijn en nog door zullen moeten lopen in het nieuwe schooljaar.

Samenwerking onderwijs & zorg

We doen ook nu weer een oproep tot goede samenwerking tussen onderwijs en zorg, op maat ingericht voor de eigen regio of context, waarin bij knelpunten in de ondersteuning van leerlingen met (vermoeden van) dyslexie gezamenlijk gezocht wordt naar passende oplossingen. Hierbij is ook overleg en vervolgens afstemming met ouders van groot belang. 

In sommige regio’s zijn poortwachters actief met een adviserende functie voor het onderwijs, al dan niet aangevuld met dyslexieteams met onderwijsondersteuners vanuit het samenwerkingsverband. Bij knelpunten in het onderwijs is dan ook ons advies: ga het gesprek met de poortwachter aan, en maak waar mogelijk gebruik van de adviezen en inzet van onderwijsondersteuners. In regio’s zonder poortwachter is het advies om de samenwerking met de zorgaanbieder te zoeken. Bij grote onoverkomelijke problemen bij de invulling van ondersteuning op ON3 is het verstandig om te kijken of hiervoor in samenwerking met onderwijsadviesbureaus of dyslexiezorgaanbieders een oplossing gevonden kan worden. 

Het is belangrijk om er voor te zorgen dat alle leerlingen met lees- / spellingproblemen en/of (een vermoeden van) dyslexie de juiste ondersteuning krijgen. Tegelijkertijd moeten we er met elkaar voor waken dat de vergoede EED zorg niet overspoeld raakt door leerlingen die wel ernstige belemmeringen met lezen en spellen ervaren, maar waarvan niet met zekerheid vastgesteld kan worden of het gaat om dyslexie of om de gevolgen van niet-adequate ondersteuning in het onderwijs de afgelopen periode.

Dit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor onderwijs en zorg, die genomen moet worden in goede afstemming en samenwerking met elkaar. Hiervoor gelden de volgende adviezen:

  • Maak gebruik van maatwerk passend bij de eigen regionale organisatie en afspraken.
  • Bij knelpunten in het onderwijs: ga in overleg met poortwachter, zorgaanbieder, dyslexieteam van het samenwerkingsverband passend onderwijs, instellingen voor onderwijsadvies of andere betrokken organisaties die in de regio aanwezig zijn.
  • Bij knelpunten in de zorg: ga in overleg met de school, dyslexieteam van het samenwerkingsverband passend onderwijs, poortwachter en de gemeente.
  • Probeer in samenwerking met onderwijs en zorg tot een passende oplossing voor knelpunten te komen; maak daarbij gebruik van de afspraken en regelingen die hiervoor zijn opgesteld tussen gemeenten, samenwerkingsverbanden en behandelaars. Zie hiervoor ook de Handreiking Samenwerken bij EED voor samenwerkingsverbanden en gemeenten en Handreiking NKD | Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie
  • ‘Beredeneerd afwijken’ van de standaardprocedure is mogelijk mits op verantwoorde wijze, dat wil zeggen op basis van duidelijke argumenten en onderbouwing vanuit professionele expertise en daarbij ook passend bij de eigen regionale organisatie en afspraken.

Uitzonderlijke situaties – onoverkomelijke knelpunten

In uitzonderlijke situaties met onoverkomelijke knelpunten in het onderwijs op ON3 kan de inzet van dyslexiezorgaanbieders overwogen worden. Hiervoor is door NKD een handreiking opgesteld. Deze bijzondere tijdelijke regeling is niet bedoeld als de algemeen te volgen aanpak in tijden van Corona, maar uitdrukkelijk bedoeld als ‘noodmaatregel’ bij grote knelpunten in het onderwijs. Als het op school echt niet lukt om de invulling van de intensieve periode op ON3 in voldoende mate en kwaliteit te realiseren en de leerling daardoor onoverkomelijke grote vertraging dreigt op te lopen, dan is het in bepaalde gevallen mogelijk om de leerling tijdens de ON3 periode – dus al voor het 3e meetmoment - door te verwijzen naar de zorg. De dyslexiezorgaanbieder kan dan beginnen met een aantal sessies intensieve ondersteuning en vervolgens een meting doen (zoals anders op school bij het 3e meetmoment) en op basis daarvan bepalen of er sprake is van voldoende mate van achterstand en hardnekkigheid om het vermoeden van dyslexie te kunnen bevestigen. Hierna zal dan verder diagnostisch onderzoek en eventueel behandeling voor EED volgen.  

Om van deze bijzondere regeling gebruik te kunnen maken, moeten hierover wel lokaal gezamenlijke afspraken gemaakt zijn tussen de gemeente, de zorgaanbieders en het samenwerkingsverband passend onderwijs. 

In het perspectief van datamonitoring (zie verder in kader met Tips) is het ook van belang om goed zicht te houden op het aantal leerlingen voor wie geldt dat er doorgeschoven of aangepaste trajecten zijn van toetsing, ondersteuning en doorverwijzing naar de zorg.

Meer algemene informatie omtrent de Corona-maatregelen en afspraken over praktische en organisatorische zaken rondom sluiting en opening van de scholen vindt u op de websites van de PO-raad en Steunpunt Passend Onderwijs. Voor ouders is ook informatie te vinden op de website van Balans en Ouders en onderwijs.
 

Hulp nodig? Neem contact op met Dyslexie Centraal

Wij realiseren ons dat u en uw collega’s voor grote uitdagingen staan. Het Stimuleringsprogramma Aanpak Dyslexie wil u hier graag bij helpen. Maak gebruik van de Dyslexie Centraal Advieslijn bij vragen rondom toetsing en begeleiding van kinderen met leesproblemen of vermoeden van dyslexie. Wij denken graag met u mee!

De Dyslexie Centraal Advieslijn

We zijn telefonisch te bereiken op telefoonnummer 024 - 382 3233. U kunt uw vraag ook mailen naar info@dyslexiecentraal.nl.
 

Tips

Praktische tips en aanbevelingen voor de begeleiding van leerlingen met leesproblemen en (vermoeden van) dyslexie in deze periode van onderwijs op afstand of hybride onderwijs zijn te vinden op de website van Dyslexie Centraal, bij de doelgroep-knoppen voor Basisonderwijs, Ouders en Samenwerking Onderwijs en Zorg. Onze pagina over goed leesonderwijs op afstand bevat meer tips en informatie. Zie verder ook de website van Les op afstand.

Datamonitoring

Maak voor datamonitoring gebruik van de tabellen voor de verschillende scenario’s (zie de tabellen voor najaar 2020 of voorjaar 2021) om vanuit onderwijs en zorg elkaar goed op de hoogte te houden van te verwachten aantallen leerlingen en eventuele verschuivingen daarbij in de verschillende fasen van het traject van onderwijs naar zorg en terug. Deel uw overzichten ook met Dyslexie Centraal zodat we een goed landelijk overzicht krijgen en daardoor passende informatie en adviezen kunnen geven. Neem bij vragen of gewenst advies hierover contact op met Dyslexie Centraal, via mail of telefoon.

Subsidieregeling voor intensivering leesonderwijs

Wanneer uit de opbrengsten bij de LVS meting blijkt dat de ontwikkeling op groepsniveau of individueel niveau minder groot is dan gewenst/verwacht werd, dan kan intensiveren van het leesonderwijs wenselijk zijn, met eventueel hulp van onderwijsondersteuning of zorg. Voor individuele kinderen kunnen specifieke inhaal- en ondersteuningsprogramma’s ingezet worden waarvoor subsidies aangevraagd konden worden. Zie https://www.dus-i.nl/subsidies/inhaal--en-ondersteuningsprogrammas-onderwijs.
Daarnaast kan overwogen worden om in het kader van het Nationaal Plan Onderwijs (NPO) een aantal van de aanbevolen interventies in te zetten, waarbij voor scholen ook extra gelden beschikbaar zijn. Veel onderwijsondersteuners en zorgaanbieders  hebben hier een aanbod voor ontwikkeld.

Interpretatie van toetsresultaten en zicht op mate en kwaliteit van ON3

Bij de interpretatie van de toetsresultaten is de centrale vraag of voldoende duidelijk wordt of de derde E-score wijst op hardnekkigheid of toch op een onvoldoende adequaat uitgevoerd aanbod op ON3. Goed zicht op de mate en kwaliteit van de daadwerkelijk geboden ondersteuning op ON3 is van belang om tot een zuivere beoordeling van de hardnekkigheid te kunnen komen. Bij twijfels hierover of onvoldoende zicht hierop kan de school het beste contact opnemen met de poortwachter en/of zorgaanbieder. Bepaal in onderling overleg of het wenselijk is de periode van ON3 te verlengen en bied dan alsnog ON3 in voldoende mate en van voldoende kwaliteit aan (zie Handreiking voor invulling van ON2 en 3). Bekijk ook samen wat de mogelijkheden zijn in de eigen regio voor hulp bij knelpunten in de invulling van ON3.