Voor het verbeteren van de uitvoering en de organisatie van het lees- en spellingonderwijs is het verzamelen en analyseren van data van groot belang. Het Stimuleringsprogramma Aanpak Dyslexie wil scholen helpen bij het verantwoord verzamelen en gebruiken van data om verbeterslagen in het onderwijs mogelijk te maken.
Dit kan op verschillende manieren:
- Je kunt hierbij gebruik maken van kwantitatieve data als de lees- en spellingresultaten van leerlingen, de percentages leerlingen met een dyslexieverklaring of de percentages leerlingen dat het centraal examen op een aangepaste wijze maakt.
Het Stimuleringsprogramma onderzoekt de mogelijkheid voor de ontwikkeling van een centraal format voor dataverzameling en monitoring, in de vorm van een algemeen en vrij te gebruiken tool waarmee schoolbesturen, samenwerkingsverbanden en gemeenten hun data met betrekking tot leesproblemen en dyslexie kunnen invoeren en samenbrengen. Lees meer hierover bij Bestuur & beleid | Datamonitoring.
- Er kan ook gebruik worden gemaakt van meer kwalitatieve data zoals data van zelfevaluatie-instrumenten waarmee het onderwijs met betrekking tot lees-, spellingproblemen en dyslexie in kaart wordt gebracht met behulp van informatie van betrokkenen in de school zoals leerkrachten, docenten, zorgspecialisten en schoolleiders. Aan de hand daarvan kunnen verbeterslagen gericht worden ingezet.
In het kader van het Stimuleringsprogramma Aanpak Dyslexie zijn ten behoeve daarvan drie zelfevaluatiescans ontwikkeld met als doel het faciliteren en inzetten van een verbetertraject:
- Scan Preventieve Aanpak Lezen en Spellen;
- Scan Leesproblemen en Dyslexie groep 3-8;
- Dyslexiescan Voortgezet Onderwijs.
Deze scans vervangen de Quickscan Dyslexie en de Dyslexiemonitor die in het kader van het Masterplan Dyslexie zijn ontwikkeld. Met deze nieuwe instrumenten kan in teamverband het (voorbereidende) lees- en spellingonderwijs en de begeleiding van leerlingen met lees-, spellingproblemen en dyslexie in kaart worden gebracht. De instrumenten richten zich daarbij niet alleen op de uitvoering in de praktijk (operationeel), maar ook op het tactische niveau (schoolleider, ib’er, zorg-/ondersteuningscoördinator) en de rol van strategische partners zoals het schoolbestuur, Samenwerkingsverband Passend Onderwijs en de gemeente.
Op basis van de resultaten kan gezamenlijk bekeken worden wat er al goed gaat én welke onderdelen of aspecten verbetering behoeven. Om dit verantwoord te kunnen doen biedt de scan sturingsindicatoren die richting geven aan eventuele volgende stappen.
Voorbeeld een van de onderdelen uit de resultaten van de scan:
Interesse? Klik op bovenstaande links voor meer informatie over de betreffende scan.