Datamonitoring

Laatst bijgewerkt op

Onder datamonitoring verstaan we het verzamelen en interpreteren van alle relevante data rondom leerlingen met lees- en spellingproblemen. Denk daarbij aan data van de lees- en spellingresultaten van leerlingen, de inzet van ICT-hulpmiddelen voor lezen en spellen, de percentages leerlingen die zijn aangemeld voor dyslexieonderzoek, de percentages leerlingen met een dyslexieverklaring en de percentages leerlingen die in behandeling zijn bij externe dyslexiezorg. Het is van belang hier zicht op te krijgen, zodat er ook beter gestuurd kan worden op basis van data.

Regionale partijen zoals gemeenten en samenwerkingsverbanden hebben aangegeven behoefte te hebben aan datamonitoring. Ook de Onderwijsinspectie noemt datamonitoring als een van de aanbevelingen in het themaonderzoek en beide ministeries (OCW en VWS) geven aan datamonitoring belangrijk te vinden.

Daarom laat het ministerie van VWS een beleidsonderzoek uitvoeren om inzicht krijgen in de uitgaven vanuit gemeenten aan zorg voor ernstige enkelvoudige dyslexie (EED), de prevalentie van EED sinds 2015 en de verwijzingspercentages in de dyslexieketen. Dit onderzoek wordt medio 2020 afgerond.

Voor het onderwijs worden in een aantal regio’s ook al actief data over leesproblemen en dyslexie verzameld door schoolbesturen en samenwerkingsverbanden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van zelf opgezette data-formats en systemen. Ervaringen en goede voorbeelden hiervan zullen gedeeld worden via het Stimuleringsprogramma en zo mogelijk op Dyslexie Centraal worden geplaatst.

Ontwikkeling prototype datamonitor

Het Stimuleringsprogramma onderzoekt de mogelijkheid voor de ontwikkeling van een centraal format voor dataverzameling en monitoring, in de vorm van een algemeen en vrij te gebruiken tool waarmee schoolbesturen, samenwerkingsverbanden en gemeenten hun data met betrekking tot leesproblemen en dyslexie kunnen invoeren en samenbrengen.

Doel is om met deze datamonitor gegevens over leesproblemen en dyslexie uit onderwijs en gemeenten aan elkaar te verbinden, op basis van een minimale dataset. Door zicht te krijgen op deze data wordt het mogelijk voor de verschillende partners om samen verbeteringen in de onderwijszorgketen met betrekking tot lezen/spellen/dyslexie te gaan opzetten en uitvoeren.

Uitgangspunt daarbij is dat degenen die worden verzocht de data aan te leveren, daarvoor een zo beperkt mogelijke inspanning hoeven te leveren. Het is de bedoeling dat dit prototype wordt uitgeprobeerd in een praktijkproef in een aantal regio’s, die voor hun onderwijszorgketen voor dyslexie behoefte hebben aan – voor hen passende – datamonitoring.

Dit type datamonitoring overstijgt de omvang en het bereik van het Stimuleringsprogramma. Daarom wordt in eerste instantie een prototype van de tool ontwikkeld en in een paar regio’s in de praktijk beproefd. Mocht het prototype van de datamonitor functioneel en bruikbaar zijn in de praktijk, dan kan verdere uitrol – met de daaraan verbonden voorwaarden - in overleg met de betrokken partijen van overheid, beleid en bestuur worden overwogen.