Het leren van een moderne vreemde taal vormt voor leerlingen met dyslexie vaak een grote uitdaging. Voor sommige leerlingen in de onderbouw kan het nodig zijn om gedeeltelijke dispensatie van het lesprogramma te verlenen. De leerling gaat dan een aangepast lesprogramma volgen (dus geen volledige dispensatie). Scholen hebben de mogelijkheid om dit voor Frans of Duits te doen (in de onderbouw), omdat voor deze talen geen kerndoelen zijn vastgelegd. Voor Engels en Nederlands is dit dus niet mogelijk, want hier zijn wel kerndoelen voor vastgelegd. Bij het maken van eventuele aanpassingen in het programma is het belangrijk dat de school rekening houdt met de doorstroommogelijkheden van de leerling. Een eigen dispensatieprotocol kan helpen bij het maken van deze keuze. Deze kan dan als toetssteen gebruikt worden bij (gedeeltelijke) dispensatievraagstukken. In deze handreiking worden aandachtspunten en tips gegeven voor het opstellen van zo'n dispensatieprotocol.
Bij aanpassingen in het lesprogramma van leerlingen met dyslexie is het goed om te weten met welke wet- en regelgeving je als school rekening moet houden. Kijk hier voor een online professionaliseringsmodule waarmee je je kennis hierover kunt vergroten. Je kunt er alleen of samen met collega's mee aan de slag gaan.
Kijk ook eens bij deze voorbeelden om te gebruiken bij de aanpassingen in het mvt-onderwijs voor leerlingen met dyslexie.
Meer lezen over vrijstellingen en dispensatie in het vo? Ga dan naar Weten | Vrijstellingen bij de talen.