Stimulerende leeromgeving

Laatst bijgewerkt op

In dit artikel lees je meer over het belang van een stimulerende leeromgeving. Ook lees je wat de kenmerken van een stimulerende leeromgeving zijn, zowel voor het basisonderwijs als het voortgezet onderwijs. 

Veel lezen heeft een positieve invloed op de technische en begrijpend leesvaardigheid, en spellingvaardigheid (zie bijvoorbeeld het Proefschrift To Read or not to read (Mol, 2010). Andersom geldt ook vaak dat leerlingen die sterker zijn in technisch en begrijpend lezen, meer lezen en daardoor weer beter in lezen en spellen worden. Daar staat tegenover dat minder sterke lezers minder lezen en dus minder hun leesvaardigheid oefenen terwijl de teksten die ze voor zich krijgen steeds moeilijker worden. Dit heeft een negatieve invloed op de motivatie van deze leerlingen om te lezen waardoor een neerwaartse spiraal ontstaat. Om deze neerwaartse spiraal te voorkomen of doorbreken is een stimulerende leeromgeving noodzakelijk.

Die neerwaartse spiraal in leesmotivatie is ook terug te zien in verschillende internationale onderzoeken. Nederlandse leerlingen in het basisonderwijs (PIRLS-2016) en in het voortgezet onderwijs (PISA-2018) ervaren minder leesplezier vergeleken met leerlingen uit andere deelnemende landen. De leesmotivatie en de hoeveelheid teksten/boeken die worden gelezen nemen af vanaf groep 5, (zie bijvoorbeeld Cijfers en meningen over lezen in Nederland (2019). Aandacht voor leesmotivatie en –plezier verdient dan ook een vaste plek in het curriculum (Kamerbrief Leesoffensief).

Lezen en schrijven stimuleren in het basisonderwijs

Het belang van een stimulerende leeromgeving is duidelijk, maar wat kun je doen om het lezen en schrijven bij leerlingen te stimuleren? Hieronder komen de belangrijkste aan de orde. Meer informatie is te vinden in het Protocol leesproblemen en dyslexie in het basisonderwijs, paragraaf 2.7 en in de Handreiking leesbevordering.

Voorlezen

Door structureel elke dag voor te lezen in elke groep, leren leerlingen niet alleen hoe een verhaal is opgebouwd en breiden ze hun woordenschat uit, ze leren vooral ook te genieten van een verhaal. Door met plezier en intonatie voor te lezen geeft de leerkracht elke dag het goede voorbeeld. In Leesproblemen en dyslexie in het basisonderwijs paragraaf 2.7.1 staat meer informatie hoe je de aandacht van kleuters kunt vasthouden bij het voorlezen en hoe je het voorlezen interessant kunt houden in de hogere groepen. Ook op deze Kwaliteitskaart voorlezen is meer informatie te vinden.

Rijk aanbod van teksten

Een grote verscheidenheid aan boeken en teksten speelt een belangrijke rol binnen een stimulerende leeromgeving. Die verscheidenheid kan bestaan uit verschillende genres, niveaus of boekvormen. Als leerlingen uit verschillende boeken kunnen kiezen heeft dit een directe invloed op de motivatie om te lezen. In paragraaf 2.7.2 van Leesproblemen en dyslexie in het basisonderwijs zijn verschillende genres en boekvormen terug te vinden. Voor kinderen die lezen moeilijk vinden, zijn steeds meer boekenreeksen verschenen die speciaal geschreven zijn voor zwakke lezers. Bijvoorbeeld Zoeklicht (Zwijsen), Leesbalans Leesserie (Delubas), Troef-reeks (Van Tricht) en Bizonboeken. Op de website van het Makkelijk lezen plein is hier meer informatie over te vinden. Leesfeest is een website waar meer informatie te vinden is over populaire kinder- en jeugdboeken, die op een leuke manier worden gepresenteerd. Zie voor meer van dit soort tips onze bibliotheekpagina.

Kiezen van een boek

Wanneer kinderen zelf een boek mogen kiezen zijn ze vaak veel gemotiveerder om te gaan lezen. Een beetje ondersteuning daarbij is vaak wel nodig. Het gaat dan met name om het aantrekkelijk presenteren van de boeken die er zijn, en om het geven van een korte introductie van het boek zodat vooral de zwakke lezers meer houvast hebben bij het kiezen van een boek. In paragraaf 2.7.3 van Leesproblemen en dyslexie in het basisonderwijs worden ideeën gegeven hoe boeken op een aantrekkelijke manier gepresenteerd kunnen worden, en welke andere manieren er zijn om leerlingen te ondersteunen bij het kiezen van een boek.

Betekenisvol en functioneel

Hoe meer een tekst aansluit bij de belevingswereld van een leerling, hoe meer deze gemotiveerd is om de tekst te lezen. Door te werken vanuit een gezamenlijke ervaring die alle leerlingen hebben opgedaan, kun je teksten en leesopdrachten bieden die voor alle leerlingen betekenisvol zijn. Een gezamenlijke ervaring wordt ook wel een anker genoemd. Denk bijvoorbeeld aan een filmpje, een verhaal, een voorstelling of een ander uitje, waar verschillende leesopdrachten uit volgen.

Ook voor schrijfopdrachten is het belangrijk dat deze betekenisvol en functioneel zijn. Het schrijven van een ‘echte’ tekst, die door anderen gelezen wordt, stimuleert om te schrijven zonder spelfouten. Door bijvoorbeeld in te spelen op gebeurtenissen in de klas (kaartje sturen bij geboorte van broertje of zusje van een leerling, schoolkrantartikel over het schoolreisje) maak je een opdracht betekenisvol en functioneel.

Samenwerken

Voor sommige leerlingen werkt het motiverend om samen met klasgenoten te lezen. Bij grotere verschillen in leesniveaus kunnen samenleesboeken uitkomst bieden. Dit zijn boeken waar een deel van de tekst van een lager niveau is en tekst in een andere kleur van een wat hoger niveau. Zo lezen de leerlingen wel samen, maar elk op hun eigen niveau. Daarnaast kan het voor zwakke lezers fijn zijn om een leesmaatje te hebben. Dat is een klasgenoot aan wie ze hulp mogen vragen tijdens het zelfstandig lezen. Zo zijn ze niet van de leerkracht afhankelijk of ze door kunnen lezen.

Schrijfopdrachten kunnen ook in groepjes worden uitgevoerd. Zo wisselen ze hun aanpak en ervaringen bij het schrijven met elkaar uit en geven feedback op elkaars teksten. Samenwerken kan ook het spellingbewustzijn bevorderen. Wanneer leerlingen met elkaar bespreken wat zij denken dat de juiste schrijfwijze van het woord is, zijn ze bewust bezig met de spellingregels.

Stillezen in de klas

Om de leesmotivatie van leerlingen te bevorderen is het belangrijk dat de leerkracht de leerlingen voldoende laat stillezen. Dit kan gedurende de basisschool per groep steeds verder worden uitgebouwd wat betreft duur van het stillezen. Veel kinderen, ook de zwakkere lezers, vinden het prettig om niet altijd hardop te hoeven lezen en zelf in hun boek te kunnen duiken. Bij de leerlingen voor wie dit niet geldt omdat het bijvoorbeeld een te grote opgave is om zelfstandig stil te lezen kan duolezen uitkomst bieden. Er wordt dan gelezen in tweetallen, bijvoorbeeld om de beurt een zin of alinea.

Praten over leeservaringen

Door na het lezen samen over een boek te praten gaat het verhaal meer leven en krijgt het meer inhoud. En het kan ook de nieuwsgierigheid opwekken van een klasgenoot, die een ander enthousiast over een boek hoort vertellen. In de Kwaliteitskaart – leesbelevingen van leerlingen of het gratis te downloaden vragenspel van Chambers staan manieren om leerlingen te laten praten over hun gelezen teksten of boeken.

Lezen en schrijven stimuleren in het voortgezet onderwijs

Ook in het voorgezet onderwijs blijft het van belang om een stimulerende leeromgeving te bieden. Hoewel technisch lezen niet meer wordt onderwezen, kan aandacht voor boekkeuze, tijd om te lezen en leesmotivatie nog wel aan bod komen. Door ondersteuning te bieden in de boekkeuze en leerlingen nieuwsgierig te maken naar hoe een boek afloopt kun je de leesmotivatie van leerlingen vergroten. In het Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs worden in paragraaf 7.2 meer tips voor leesmotivatie gegeven. Ook op www.lezeninhetvmbo.nl en de themapagina motiverend leesonderwijs in het vo en mbo van onderwijskennis.nl is informatie te vinden over het stimuleren van de leesmotivatie. Handvatten voor docenten om te werken 'op maat' aan leesbevordering zijn te vinden in de Toolbox Leesbevordering vmbo.

Bij schrijfopdrachten moeten leerlingen in het vo leren waarom en wanneer het belangrijk is dat een tekst zonder spelfouten is geschreven. De docent biedt daarbij handvatten hoe zij foutloos kunnen schrijven. In het Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs worden in paragraaf 7.4 aandachtspunten gegeven voor spelling, in paragraaf 7.6 voor schrijven. Een tekst schrijven is een complexe taak, aangezien er dan niet alleen gelet moet worden op spelling maar ook op structuur en inhoud. Ook bij leerlingen in het voortgezet onderwijs werkt het goed en motiverend om ze samen te laten werken bij een schrijfopdracht en te werken met peer-review. Op deze manier krijgen ze inzicht in de denkwijze van een ander met betrekking tot het spellingbewustzijn, maar ook de taakaanpak.