PO | Dyslexieteam samenwerkingsverband 3006

Laatst bijgewerkt op

De doorontwikkeling van het dyslexieteam - Procesoptimalisatie, datamonitoring en informatie ter ondersteuning van praktijkprofessionals bij de aanpak van dyslexie.

Deze pagina beschrijft het goede voorbeeld van Samenwerkingsverband PO 30 06 volgens het beschrijvingskader goede voorbeelden van het Stimuleringsprogramma Aanpak Dyslexie.

Klik op onderstaande links om snel naar de verschillende onderdelen te gaan:

 

Jongen met prentenboek

Korte beschrijving van het goede voorbeeld

Samenwerkingsverband Primair Onderwijs 30 06 (SWV PO 30 06) werkt sinds oktober 2016 met een dyslexieteam. Dit dyslexieteam is verantwoordelijk voor de toegang tot de vergoede dyslexiezorg én adviseert intern begeleiders over in te zetten ondersteuning. Hiermee vervult het dyslexieteam niet enkel de ‘poortwachtersfunctie’, maar heeft het team ook een grote rol in het inhoudelijk ondersteunen en adviseren van scholen, het doorontwikkelen van de werkwijze en het inhoudelijk adviseren van gemeenten bij het (door)ontwikkelen van dyslexiebeleid binnen de regio. In 2019 is het dyslexieteam gestart met het doorontwikkelen van haar werkwijze. Dit doet het team door aan de slag te gaan met zaken als het optimaliseren van het proces, het ontwikkelen van informatieve  documenten en het monitoren van data in de regio. Hieronder wordt beschreven hoe er is gekomen tot de doorontwikkeling van het dyslexieteam en hoe deze doorontwikkeling eruit heeft gezien.

Aanleiding, visie & doelen

De diagnose en behandeling van Ernstige, Enkelvoudige Dyslexie (EED) valt onder de Jeugdwet en is daarom sinds 1 januari 2015 een verantwoordelijkheid van de gemeenten. De EED-aanvragen in de gemeenten Oss, Uden, Landerd, Bernheze en Meierijstad werden doorgezet naar de gemeente via het Basisteam Jeugd en Gezin (BJG). Omdat het BJG echter onvoldoende inhoudelijke kennis heeft over dyslexie en de criteria van EED, hebben de vijf gemeenten van ons samenwerkingsverband in oktober 2016 besloten te starten met een pilot, het dyslexieteam. Het dyslexieteam is verantwoordelijk voor de toegang tot vergoede dyslexiezorg in de vijf gemeenten en adviseert scholen over in te zetten ondersteuning. Met het inrichten van het dyslexieteam wordt beoogd om tot een optimale dyslexieketen te komen. Het betreft het implementeren, borgen en doorontwikkelen van een werkwijze die ervoor zorgt dat:

  • zoveel mogelijk kinderen met EED goed worden geholpen;
  • er in het onderwijs sprake is van een gerichte aanpak voor kinderen met (mogelijke) dyslexie.

De taken van het dyslexieteam bestaan uit:

  1. het beoordelen van aanvragen voor vergoed onderzoek naar EED en het doorsturen van deze aanvragen naar de betreffende gemeente;
  2. het beantwoorden van consultatievragen van scholen en zorgaanbieders;
  3. het beoordelen van aanvragen voor verlenging van behandeling.

Besloten is de pilot na twee jaar te gaan evalueren en door te ontwikkelen.

Het proces van ontwikkeling, uitvoering en implementatie

Bij de evaluatie van de werkwijze van het dyslexieteam is input gevraagd aan ouders, trajectbegeleiders passend onderwijs, intern begeleiders, zorgaanbieders en het dyslexieteam zelf. Hiermee is praktijkervaring gebruikt voor de opzet van de doorontwikkeling. Ook is er contact geweest met een dyslexieteam in een andere regio om kennis en praktijkervaringen uit te wisselen. Het Protocol Dyslexie Diagnostiek en Behandeling 2.0 (PDDB 2.0) en de richtinggevende documenten van het Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie (NKD) vormen de theoretische onderlegger van de werkwijze en doorontwikkeling. Ontwikkelingen in richtlijnen vanuit het NKD worden gevolgd en geïmplementeerd in de werkwijze waar nodig.

Op basis van praktijkervaringen en de richtinggevende documenten is er een advies voor voortzetting en doorontwikkeling van het dyslexieteam opgesteld, dat aan de vijf gemeenten voorgelegd is. Hierin ligt de focus op vier pijlers:

  1. Procesoptimalisatie: Het gehele proces voor de aanvraag van vergoed EED-onderzoek en/of behandeling kan optimaler verlopen. Er lijkt nu af en toe sprake te zijn van dubbel werk en een lange doorlooptijd.
  2. Capaciteit van het dyslexieteam: Er zijn heldere piekmomenten in de werkverdeling van het dyslexieteam te zien. Het advies aan de vijf gemeenten en het samenwerkingsverband is om hierop in te spelen en hiervoor voldoende capaciteit in te zetten.
  3. Comorbiditeit: Er is onduidelijkheid over de route voor leerlingen bij wie sprake is van comorbiditeit. Het streven is een heldere route en een eenduidige boodschap voor alle betrokkenen.
  4. Preventieve activiteiten: De vijf gemeenten zien de adviezen aan scholen en gezamenlijke inzet op preventieve activiteiten als belangrijke doorontwikkeling. Er wordt nader onderzocht welke preventieve acties denkbaar zijn, zowel voor scholen als voor gemeenten.

Een randvoorwaarde om met deze vier pijlers aan de slag te gaan was een bestuurlijk akkoord vanuit de gemeenten en SWV PO 30 06 op het advies voor de voortzetting en de doorontwikkeling van het dyslexieteam en hiermee voor een langere periode financiële middelen beschikbaar te stellen. Dit akkoord is in juni 2019 ondertekend. In een projectplan is omschreven op welke manier er gewerkt ging worden aan de vier pijlers.

Samen met de partners in de dyslexieketen is uitvoering gegeven aan de doorontwikkeling van het dyslexieteam. Het dyslexieteam nam het voortouw om de opgestelde vier pijlers te implementeren in de huidige werkwijze. Het opgestelde projectplan vormde de leidraad om de implementatie vorm te geven. Regelmatig zijn er updates verstuurd over de stand van zaken via de mail of via nieuwsberichten op de website van SWV PO 30 06. Hierdoor bleven betrokken partijen gemotiveerd om mee te denken en mee te werken aan de doorontwikkeling.

Het resultaat: wat heeft het goede voorbeeld opgeleverd?

De doorontwikkeling van het dyslexieteam heeft geleid tot een aantal concrete opbrengsten, behorend bij de vier verschillende pijlers.

Procesoptimalisatie

Door op verschillende punten in de dyslexieketen het proces te versnellen, is ervoor gezorgd dat de doorlooptijd van het proces van aanvragen verkort is en kinderen sneller de hulp krijgen die ze nodig hebben. Daarnaast is er op de website van het samenwerkingsverband een ‘steunpunt’ ingericht waar kennis, kunde en veelgestelde vragen gedeeld worden. Bovendien is er een wekelijks telefonisch spreekuur voor onderwijs- en zorgprofessionals.

Capaciteit

Er is gestart met de werving van een vast dyslexieteam, zodat de continuïteit en capaciteit geborgd wordt. Waar nodig kan er op piekmomenten externe hulp ingeschakeld worden, zodat de doorlooptijd van de aanvragen niet in het geding komt.

Per januari 2020 is er een vast dyslexieteam in dienst van Samenwerkingsverband PO 30 06. Er is in totaal 0,75 fte aangesteld bij SWV PO 30 06 voor de bezetting van het dyslexieteam. Deze bezetting is nodig om voor ongeveer 90 scholen met in totaal ongeveer 20.000 leerlingen de taken van het dyslexieteam uit te voeren. Naast de hierboven beschreven werkzaamheden, draagt het dyslexieteam bij aan beleidsontwikkeling op het gebied van dyslexie en de voortzetting van de doorontwikkeling van het dyslexieteam (waaronder het opleveren van rapportages betreffende datamonitoring en de inzet van preventieve activiteiten binnen SWV PO 30 06).

Comorbiditeit

In samenwerking met trajectbegeleiders passend onderwijs, intern begeleiders, experts vanuit het SBO en SO en dyslexie zorgaanbieders is er een document ontwikkeld over hoe om te gaan met een vermoeden van comorbiditeit. De richtlijn comorbiditeit van het NKD is hierbij als richtinggevend document gebruikt. Er is onder andere een stroomschema ontwikkeld en een voorbeeldcasus illustreert hoe het stroomschema in de praktijk kan werken. Het stroomschema is bovendien te vinden bij het ‘steunpunt dyslexie’, op de website van SWV PO 30 06.

Preventieve activiteiten

Er is onderzocht hoe goede voorbeelden van preventieve activiteiten binnen en buiten de regio met elkaar gedeeld kunnen worden. In een bijeenkomst met professionals en in een bijeenkomst met de trajectbegeleiders passend onderwijs is geïnventariseerd met welke preventieve methoden positieve ervaringen zijn. Er wordt onderzocht of deze preventieve methoden passend zijn om collectief in te zetten voor alle scholen binnen SWV PO 30 06, zodat de kwaliteit van het preventief aanbod binnen de scholen van SWV PO 30 06 hoog en op alle scholen hetzelfde is.

Om meer inzicht te krijgen in waar extra inzet op preventie nodig is en om sturingsinformatie aan te leveren aan gemeenten, schoolbesturen en scholen, is er een datamonitor opgezet. Via deze datamonitor zijn verschillende gegevens in beeld gebracht:

  • Percentage aanvragen voor vergoed onderzoek naar EED per gemeente, schoolbestuur en school (vanuit informatie van dyslexieteam).
  • Percentage vergoede onderzoeken naar EED per gemeente, schoolbestuur en school (vanuit informatie van zorgaanbieders).
  • Percentage diagnoses EED per gemeente, schoolbestuur en school (vanuit informatie van zorgaanbieders).
  • Percentage gestelde EED diagnose na vergoed onderzoek per zorgaanbieder (vanuit informatie van zorgaanbieders).

Opvallendheden zijn met partners besproken. Opvallendheden waren bijvoorbeeld: scholen die geen aanvragen doen, scholen die veel aanvragen doen, scholen waarvan veel aanvragen zijn afgewezen, zorgaanbieders waar na een vergoed onderzoek een opvallend hoog percentage een EED-diagnose kreeg. Meer informatie over de datamonitor is te vinden op de website van SWV PO 30 06.

Proces van borging en verankering

In juni 2019 is er een bestuurlijk akkoord ondertekend om de werkwijze van het dyslexieteam te continueren en de werkwijze door te ontwikkelen. Dit maakt dat per januari 2020 een structurele bezetting van het dyslexieteam verzorgd kon worden, vast in dienst bij SWV PO 30 06. Er is nu voldoende capaciteit om de piekmomenten op te vangen en ervoor te zorgen dat het proces optimaal blijft verlopen.

De datamonitor heeft binnen SWV PO 30 06 relevante informatie opgeleverd om open met elkaar het gesprek aan te gaan over mogelijke verklaringen. Door gegevens feitelijk te presenteren en geen ‘oordeel’ hieraan te verbinden, wordt de verantwoordelijkheid en het eigenaarschap voor eventuele vervolgstappen of verbeteracties op de juiste plek belegd, namelijk bij de schoolbesturen en scholen. Deze rapportages zullen dan ook op frequentere basis ontwikkeld worden, zodat zowel gemeenten als schoolbesturen de sturingsinformatie hebben.

De ontwikkelde documenten worden tijdens overleggen met onze partners onder de aandacht gebracht. De documenten worden continu verbeterd en doorontwikkeld met input vanuit de onderwijs- en zorgprofessionals. En doordat er een steunpunt is ingericht op de website, is alle relevante en meest recente informatie op een handige plek te vinden voor de onderwijs- en zorgprofessionals. Tot slot is het onderwerp ‘dyslexie’ als speerpunt opgenomen in het ondersteuningsplan 2019-2023 van SWV PO 30 06. Hiermee borgt SWV PO 30 06 dat dyslexie als belangrijk onderwerp op de agenda blijft staan.

Meisje met boek

Overdraagbaarheid naar een andere praktijk, situatie of context 

Door op basis van input van alle partijen die te maken hebben met het dyslexieteam een plan te maken voor een doorontwikkeling, is er draagkracht en enthousiasme om de dyslexieketen met elkaar te verbeteren, zowel op school-, bestuurs- als gemeentelijk niveau. Door een combinatie van het ondersteunen van professionals binnen scholen met relevante documenten en advies, het aanleveren van sturingsinformatie aan schoolbesturen en gemeenten en het onderzoeken van gezamenlijke inzet van preventieve activiteiten, is er op alle niveaus veel aandacht voor het verloop van de dyslexieketen. Bovendien heerst er ook op alle niveaus meer bewustzijn en verantwoordelijkheid voor welke rol eenieder heeft in de dyslexieketen. Met elkaar blijft men continu op zoek naar hoe verbeteringen doorgevoerd kunnen worden. Het gesprek voeren met partners naar aanleiding van de datamonitor is hierbij een erg belangrijk onderdeel.

Als een andere regio dit goede voorbeeld wil volgen, is het afhankelijk van de huidige werkwijze wat een goed startpunt is: Als er reeds gewerkt wordt met een dyslexieteam, is het startpunt voor een doorontwikkeling de evaluatie van de huidige werkwijze. Door deze evaluatie als uitgangspunt te gebruiken voor de doorontwikkeling, houd je betrokkenen gemotiveerd. De doorontwikkeling heeft ten slotte als doel om de knelpunten die door hen zelf zijn aangegeven te verbeteren.

Als er in een regio nog niet gewerkt wordt met een dyslexieteam, is het advies om te starten met het uitzetten van een datamonitor. Op deze manier kunnen de prevalentiecijfers vóór de start van het dyslexieteam vergeleken worden met de prevalentiecijfers nadat het dyslexieteam van start is gegaan. En heb je vóór de start al concreet aanleiding om in gesprek te gaan en te zoeken naar verklaringen van de cijfers. Deze cijfers kunnen dan jaarlijks gemonitord worden, waardoor er direct een verbetercyclus opgestart wordt op basis van data.

Het opzetten van een dyslexieteam moet vervolgens een gezamenlijke keuze zijn van zowel onderwijs, de gemeenten en de zorginstellingen. Door dit voorbeeld als inspiratie te gebruiken kunnen zij eigen opvattingen ontwikkelen over het opzetten van een dyslexieteam. Samen bepalen ze wat er specifiek in hun eigen regio nodig is.

Concrete aanwijzingen en materialen