Hoogbegaafdheid en leesproblemen, waar leg je de focus?

Laatst bijgewerkt op
  • Blog
  • Oktober 2020

Oudervereniging Balans, onze partner in het Stimuleringsprogramma Aanpak Dyslexie, krijgt de afgelopen tijd regelmatig vragen binnen van ouders over hun hoogbegaafde kind met lees- en/of spellingproblemen. Meest gestelde vragen: Kan dyslexie worden vastgesteld bij hoogbegaafde leerlingen? En: Wat is de beste begeleiding op school?

Kan dyslexie worden vastgesteld bij hoogbegaafde leerlingen?

Het antwoord hierop is ja. Het is opvallend dat er zo veel vragen zijn over het vaststellen van dyslexie bij hoogbegaafde kinderen. Dyslexie staat namelijk los van intelligentie en er is dus geen verschil met beneden gemiddeld of gemiddeld begaafde kinderen bij het vaststellen van dyslexie.  Hoogbegaafde kinderen kunnen hun uitval op onderliggende cognitieve factoren van dyslexie, zoals fonologisch bewustzijn en benoemsnelheid niet compenseren. Er wordt daarom geen reden gezien om anders om te gaan met hoogbegaafde kinderen bij het stellen van een diagnose dyslexie.

Wat is de beste begeleiding op school?

Vaak gaan de vragen ook over hoogbegaafde kinderen waarbij de leesscores net niet binnen de criteria voor een dyslexie diagnose vallen. Bij deze kinderen is er wel sprake van een groot verschil tussen hun intelligentie en hun leesvaardigheid, maar er kan dan geen dyslexie worden vastgesteld. Vaak merken zij dit verschil in prestaties zelf ook op, wat kan leiden tot frustraties of onderpresteren. Hoe ga je daar in de klas mee om? Dat is afhankelijk van verschillende factoren (bijv. leerlingpopulatie en aanwezige expertise). Ik heb op basis van de literatuur een aantal algemene aanbevelingen op een rijtje gezet.

Breng sterke en zwakke kanten van de leerling, samen met de leerling in kaart.

Leer de leerling om te gaan met deze sterke en zwakke kanten: wat kun je doen als iets niet lukt? Hoe zet je je sterke kanten in? Hoogbegaafde kinderen zijn er vaak niet aan gewend dat hen iets niet lukt als het om leren gaat. Hierdoor weten ze niet goed hoe ze met de faalervaringen moeten omgaan. Ze zullen dan ook proberen om ermee te stoppen. Het is dus heel belangrijk om kinderen te leren hoe je om kunt gaan met fouten en hoe je studievaardigheden inzet. En zet sterke kanten ook in bij het oefenen met lezen en spellen. Is een leerling visueel ingesteld? Maak daar dan gebruik van bij bijvoorbeeld het aanbieden van spellingregels.

Sluit de instructie en ondersteuning aan op zowel de hoogbegaafdheid als de dyslexie of lees- en/of spellingproblemen.

Blijf de lees- en/of spellingvaardigheid oefenen (ondersteuningsniveau 2 en 3), zodat een leerling zich blijft ontwikkelen op deze vaardigheden. Wel dient deze ondersteuning aan te sluiten op de ervaren problemen. Hoogbegaafde leerlingen zullen tegen andere problemen aan lopen dan gemiddeld begaafde leerlingen met lees- en/of spellingproblemen. Vaak slaan hoogbegaafde kinderen bijvoorbeeld bij spelling de spellingregel niet op die ze in een week moeten leren, omdat ze deze niet nodig hebben om de woorden aan het einde van de week met het dictee goed op te schrijven. Later lijken ze de stof dan niet goed te beheersen, omdat ze bij lastigere woorden die niet aan bod waren gekomen, de regel niet weten toe te passen. Een oplossing hiervoor kan zijn om meerdere regels tegelijk aan te bieden. Datzelfde geldt voor het automatiseren van de tafels, bied die versneld aan. Anders gaan ze zich vermaken met allerlei trucjes en komen ze niet tot automatiseren. Pas daarnaast ook je instructiewijze aan. Begin bijvoorbeeld met een dilemma als startpunt dat de leerling moet oplossen.

Sluit bij lezen aan op het nauwkeurigheidsniveau.

Hoogbegaafde kinderen leggen de lat heel hoog. Dat uit zich vaak in heel nauwkeurig willen lezen en weinig letten op tempo. Ze gaan dan vaak niet in AVI-niveau omhoog en dat kan demotiverend werken. Ga dus na op welk AVI-niveau ze uitvallen als het gaat om nauwkeurigheid. Op dat (vaak hogere) niveau kun je dan teksten aanbieden. Die teksten boeien hen veel meer en dat werkt bevorderend voor de leesmotivatie.

Zoek samen met de leerling uit hoe hij of zij tot een hoger leesniveau kan komen.

Als dat met een luisterboek lukt, dan is dat een mooie manier om toch teksten van een hoog niveau te kunnen lezen. Op die manier kan er extra uitdaging/verrijking geboden worden, zonder dat de leerling wordt belemmerd door zijn matige leesvaardigheden. Let er wel op dat voor iedereen duidelijk is dat een leerling zonder dyslexieverklaring geen gebruik kan maken van audio-ondersteuning bij bijvoorbeeld toetsen. Dit soort inzet van hulpmiddelen zou dan ook gericht moeten zijn op het bevorderen van het leerproces. Wees daarbij duidelijk over het doel van taken, bijvoorbeeld het gebruiken van een luisterboek om informatie te verzamelen, of het oefenen met lezen om de leessnelheid te verhogen.

Kortom, leg de focus op de sterke kanten van de hoogbegaafde leerlingen met dyslexie of lees- en/of spellingproblemen en leer hen tegelijkertijd om te gaan met faalervaringen bij het leren. Daarmee voorkom je demotivatie en bied je de kinderen de verdieping die ze nodig hebben.

 

Voor het schrijven van deze blog is gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

  • Van Viersen, S., De Bree, E., Wijnekus, Van den Boer, M. & De Jong, P. (2016). Richtlijn Lees- en Spellingproblemen in combinatie met hoogbegaafdheid. Geraadpleegd via: Dyslexie Centraal
  • Venderickx, K. (september 2020). Lezing: Dyslexie en Hoogbegaafdheid op de Nationale Dyslexie Conferentie 2020. Lezing is niet openbaar toegankelijk.
  • Wijnekus, M. & Pluymakers, M. (2018). Begaafde leerlingen. In K. Verschueren & H. Koomen (Red.), Handboek diagnostiek in de leerlingbegeleiding (pp. 359-379). Antwerpen: Garant.

Deze blog is geschreven door Noor van der Windt, junior onderzoeker bij het Expertisecentrum Nederlands.

Foto Noor van der Windt